De druivenrank


Ik heb de druivenrank aanschouwd.
Ze leek mij zonder leven
en in de grijze winterlucht
ten dode opgeschreven.
Ik keek of er nog iets in haar
een groeikracht zou verwekken,
maar hoe mijn hand ook naarstig zocht,
er viel niets te ontdekken.

Totdat het voorjaar met zijn kracht
haar plots'ling liet ontwaken
door met zijn gouden warmtegloed
haar zachtjes aan te raken.
Het leven zocht een uitweg en
was door geen macht te binden,
zodat een zoetrijp vruchtvlees hier
zijn wond're weg kon vinden.

Mijn lieve kind, ook in jouw nacht
van bitterkoude stormen
gaat door de kiemkracht in je ziel
de vrucht zich langzaam vormen.
Wees dus maar stil en wanhoop niet
als 't zoete blijft verborgen.
Jouw oogstdag zal een feestdag zijn.
Daar zal God Zelf voor zorgen!

Frits Deubel

home