De organist


Hij was al jaren organist
en speelde strak de psalmen.
Dan was hij in zijn element
en hoorde men hem galmen.
"Wat drift beheerst het heidendom"
en " 'k Roep U, eeuwig Wezen",
met deze vrome regels liet
hij al zijn hoorders vrezen.

 Totdat laatst in het ouderhuis
zijn moeder hem begroette.
Het was helaas de laatste keer
dat zij elkaar ontmoetten.
Zij trok hem zachtjes op haar schoot,
haar handen vol erbarmen
en met gebroken stem zong zij:
"Veilig in Jezus' armen".

Hij was ineens weer "kleine Jan".
Zijn hart stond haast op springen
en met een lang verstilde stem
begon zijn ziel te zingen.

En toen hij zondags als vanouds
de psalmen vroom liet horen,
leek het of er een nieuw geluid
in 't orgel was geboren.

Frits Deubel

home